Belangenverstrengeling van leden van het SCF
* Brussel, 8 January 2004 ADMIN.A.1 (2004) PVB SCF_1 *
Lay-Out en Bewerking: Ed Gunneweg
Notitie ter attentie van mr. Franz-Hermann Brüner directeur-generaal OLAF
Onderwerp: Belangenverstrengeling van leden van het SCF
Deze notitie betreft een mogelijke belangenverstrengeling van leden van het Wetenschappelijk comité voor de voeding (SCF), in relatie tot het opnieuw bekijken van de veiligheidsaspecten van de kunstmatige zoetstof 'aspartaam' in voeding. Bijlage 1 geeft achtergrondinformatie over de werkwijze van het Comité. Bijlage 2 geeft een lijst met leden van het SCF. De veiligheidsaspecten van aspartaam zijn onderwerp van een langdurige controverse; refererend aan een oud overzicht in Bijlage 3. Dit is de reden waarom het Food Standards Agency in Engeland in 2001 aan de SCF vroeg om alle nieuwe wetenschappelijke informatie over aspartaam opnieuw te bezien.
Op 4 december 2002, sprak de SCF zijn mening uit volgend op het opnieuw bezien over de veiligheid van aspartaam in voeding. Dit oordeel werd bekend gemaakt op 10 december 2002; referentie SCF/CS/ADD/EDUL/222 Final (Bijlage 4). De commissie stelde vast dat er geen bewijs is dat er op duid dat er behoefte is om de ADI (Dagelijks hoeveelheid) van aspartaam te herzien.
Op 3 februari 2003, publiceerde de in Amerika woonachtige Mark D. Gold,
oprichter van 'The Aspartame Toxicity Information Center', een document met
de titel: "Onafhankelijke analyse van het oordeel van de Europese
Commissie, het wetenschappelijk comité voor de voeding: Update over de
veiligheid van aspartaam / E951"
(SCF 2002)" (Bijlage 5). In dit
document worden beschuldigingen geuit over de onafhankelijkheid van de
SCF.
In zijn analyse geeft Mr. Gold duidelijk aan dat:
1. Leden van de Europese wetenschappelijke Commissie voor de voeding (SCF) ethische en financiële belangenverstrengeling zouden hebben met de voedingsindustrie waardoor ze uitgesloten zouden moeten zijn van deelname aan aan de commissie.
2. Leden van de Europese wetenschappelijke Commissie voor de voeding de meeste van de onderzoekgegevens, die ze aanhaalden, niet hebben gelezen.
3. Het rapport onafhankelijk onderzoek die betrekking had op aspartaam negeerde en volledig vertrouwden op regelmatig aangehaalde artikelen in boeken en overzichten samengesteld door medewerkers of adviseurs van de aspartaamfabrikanten (Monsanto en Ajinomoto).
Een van de belangrijkste organisaties in de belangenverstrengeling van de positie van de SCF leden is ILSI (International Life Sciences Institute), Bijlage 6. Het International Life Sciences Institute (ILSI) is een industriegroep opgericht in 1978 door Coca-Cola, Pepsi-Cola, Heinz Foundation, General Foods, Kraft Foods, Proctor & Gamble. De fabrikanten van Aspartaam, Monsanto en Ajinomoto, hebben vertakkingen in verschillende delen van de wereld die aparte lidmaatschappen hebben van de ILSI. De Holland Sweetner Company, eveneens een bedrijf dat aspartaam verkoopt, is lid van de ILSI.
Duidelijke beschuldigingen tegen leden van het SCF verklaren dat Ronald Walker, Voorzitter was van ILSI van hun Wetenschappelijk Comité van Toxicologie/Veiligheid van Voeding in Europa. Een ander lid van de Commissie, W.H.M. Saris, is voorzitter van het Wetenschappelijke Comité van ILSI voor Voeding (NUTRIM).
Op 26 november omschrijft Mr. Gold nog een aantal beschuldigingen van belangenverstrengeling van individuele leden van SCF (Bijlage 7)
Susan Barlow ontvangt directe financiële steun van ILSI Europa. Karl- Heinz Engel krijgt geld voor zijn laboratorium van Ajinomoto (Europa's grootste aspartaam producent) Er bestaat ook zorg dat Dr. Engel genetisch onderzoek gedaan heeft op oogsten, die waarschijnlijk gefinancierd werden door Monsanto. Dr. Engel is bedrijfsadviseur voor Degussa Bioactives. Monsanto gaf onlangs een prijs aan Degussa voor haar werk door Monsanto te voorzien van katalysatoren. Toelagen voor het laboratorium van Albert Flynn (SCF) komen van Danone, Nestle enz. Het maakt een onbevooroordeeld herzien van aspartaam moeilijk wanneer je laboratorium geld ontvangt van de bedrijven met een belangrijke hoeveelheid aspartaam in hun producten.
In het licht van deze beschuldigingen is het belangrijk te weten welke personen het SCF oordeel samenstelden over aspartaam. Gewoonlijk schrijft een groep van één of twee mensen het document en de SCF geeft er zijn fiat aan. Het secretariaat van de SCF wordt geleverd door de Commissie service (DG SANCO) en de reiskosten en bestaansmiddelen van deze SCF leden worden vergoed uit het budget van van de Europese Commissie.
Een belangenverstrengeling van de experts zou een breuk kunnen vormen voor een betrouwbaar financieel management van dit deel van het EU budget. Daarvoor, en gezien de bovenstaande beschuldigingen, verzoek ik OLAF een onderzoek in te stellen naar de mogelijke belangenverstrengeling van leden van het Wetenschappelijk comité voor de voeding (SCF) van de EU, bij het uitbrengen op 4 december 2002 van een officiële opinie over de toelating van aspartaam in de voedselketen in de Europese Unie.
Wanneer OLAF zou besluiten dat een dergelijk onderzoek niet valt binnen het gebied van zijn mandaat, zou ik de motivatie van OLAF willen ontvangen waarom mijn verzoek wordt afgewezen en ik zou het op prijs stellen om te vernemen aan welke Europese autoriteit een dergelijk klacht gestuurd moet worden.
Hoogachtend,
Kopie:
Mr. David BYRNE, Commissioner for Health and Consumer Affairs
Ms. Jaana HUSU-KALLIO acting Director General DG SANCO
Lees ook de artikelen
Belangenverstrengeling
Geheim rapport van OLAF
Onderzoek door de WHO
Controversiële goedkeuring
Een nieuw onderzoek?