Excitotoxinen
Degeneratie van zenuwen
en verdere uitwerking op zenuwcellen

* *

Door Russell L. Blaylock, Arts.
Vertaling: Ed Gunneweg

Er is een groeiend aantal artsen en wetenschappers dat ervan overtuigd is dat een groep verbindingen, excitotoxinen genaamd, een beslissende rol spelen in het ontstaan van verschillende neurologische kwalen zoals migraine, epileptische insulten, infecties, abnormale ontwikkeling van de zenuwcellen, bepaalde endocriene kwalen neuropsychiatrische kwalen, leerstoornissen bij kinderen, AIDS, dementie, gewelddadigheid, lyme, borreliosis, hepatische encephalopatie, bepaalde typen vetzucht en in het bijzonder ziekten die gepaard gaan met het afsterven van hersencellen zoals de Ziekte van Parkinson, Ziekte van Alzheimer, Ziekte van Huntington en olivoponto cerebellar degeneratie.[1]

Er is een groeiend aantal artsen en wetenschappers dat ervan overtuigd is dat een groep verbindingen, excitotoxinen genaamd, een beslissende rol spelen in het ontstaan van verschillende neurologische kwalen zoals migraine, epileptische insulten, infecties, abnormale ontwikkeling van de zenuwcellen, bepaalde endocriene kwalen neuropsychiatrische kwalen, leerstoornissen bij kinderen, AIDS, dementie, gewelddadigheid, lyme, borreliosis, hepatische encephalopatie, bepaalde typen vetzucht en in het bijzonder ziekten die gepaard gaan met het afsterven van hersencellen zoals de Ziekte van Parkinson, Ziekte van Alzheimer, Ziekte van Huntington en olivoponto cerebellar degeneratie.[1]

Gedurende de laatste tientallen jaren is er een enorme hoeveelheid zowel klinisch- als experimenteel bewijs ontstaan dat deze vooronderstelling onderschrijft.[2] Toch weigert men (onze regering en de EU) nog steeds om de onmiddellijke gevaren en de gevaren voor de bevolking op de lange termijn te erkennen, gevaren die veroorzaakt worden door het toestaan van verschillende excitotoxinen in de voeding, zoals MSG, gehydroliseerd plantaardig eiwit en aspartaam. De hoeveelheid zenuwgif die aan onze voeding wordt toegevoegd is enorm gestegen sedert de eerste introductie. Sinds 1948 bijvoorbeeld is de hoeveelheid MSG die aan voedsel werd toegevoegd ieder tien jaar verdubbelt. In 1972 werd 262.000 ton toegevoegd aan de voeding. Meer dan 400 miljoen kilo aspartaam werd geconsumeerd in verscheidene produkten na de eerste goedkeuring. Ironisch gezien hebben deze voedingsadditieven niets te maken met het conserveren van voedsel of het goed houden er van. Ze worden allemaal gebruikt om de smaak van het voedsel te veranderen. MSG, gehydroliseerd plantaardig eiwit en natuurlijke smaakstoffen worden gebruikt om de smaak van ons voedsel te verhogen, zodat het beter smaakt. Aspartaam is een kunstmatige zoetstof.

Deze vergiften (excitotoxinen) zijn niet alleen aanwezig in slechts enkele voedingsmiddelen, maar in bijna alle bewerkte voeding. In veel gevallen worden ze toegevoegd in verborgen vorm, zoals natuurlijke aroma's, kruiden, gistextract, gestructureerd eiwit, soja eiwitextract enz. Uit experimenten weten we dat wanneer niet giftige hoeveelheden exitotoxins gegeven worden aan dieren in verschillende hoeveelheden, dat ze de volle giftigheid ervaren, m.a.w. ze zijn synergistisch (werken samen). Exitotoxins in vloeibare vorm zoals in soep, jus en light dranken zijn veel giftiger dan wanneer ze toegevoegd worden aan vast voedsel. Dit komt doordat ze veel sneller worden opgenomen en hogere waarden in het bloed berijken.

Wat zijn eigenlijk excitotoxinen?

excitotoxinen zijn normaal gesproken aminozuren, die reageren met gespecialiseerde receptoren [ontvangers] in de hersenen op een dusdanige manier dat het leidt tot de vernietiging van bepaalde typen neuronen. Glutamaat is een van de meer gebruikelijke excitotoxinen. MSG is het natriumzout van glutamaat. Dit aminozuur is een normale neurotransmitter in de hersenen. In feite is het de meest gebruikte neurotransmitter in de hersenen. De voorstanders van MSG- en aspartaamgebruik zeggen: "Hoe kan een stof die normaal door de hersenen wordt gebruikt schade veroorzaken?" Dat komt omdat de neurotransmitter glutamaat slechts in uitsterst kleine hoeveelheden in de extracellulaire vloeistof voorkomt - niet meer dan 8 tot 12uM. Zodra de concentratie van deze neurotransmitter boven dit niveau stijgt gaan neuronen abnormaal veel signalen doorgeven. Bij hogere concentraties gaan de cellen zoveel signalen doorgeven dat de cellen een proces doormaken van vertraagde celdood bekend als excitotoxicity, m.a.w. ze worden zo opgefokt dat ze sterven.

We moeten blij zijn dat de effecten van de excitotoxische voedingsadditieven meestal niet zo dramatisch zijn. Sommige personen kunnen bijzonder gevoelig zijn en ernstige symptomen ontwikkelen, zelfs plotselinge dood door overgevoeligheid van het hart, maar in de meeste gevallen zijn de effecten nauwelijks merkbaar en ontwikkelen ze zich over een lange periode. Omdat voedingsadditieven, MSG en aspartaam, niet de directe oorzaak zijn van degeneratieve zenuwziekten zoals de Ziekte van Alzheimer, de Ziekte van Parkinson, of ALS (Amyotrophe Lateraal Sclerose), kunnen ze deze ziekten wel versnellen en in ieder geval de patologie verergeren. Het kan zelfs zo zijn dat mensen met een neiging om een van deze ziekten te ontwikkelen, deze ziekte nooit volledig zouden ontwikkelen als ze niet blootgesteld zouden zijn geweest aan grote hoeveelheden exitotoxische toevoegingen aan de voeding. Eveneens kan exitotoxische toevoegingen aan de voeding schadelijk zijn voor mensen die lijden aan een beroerte, verwondingen aan het hoofd en HIV-infectie, het zou zeker in ziekenhuis situaties niet gebruikt moeten worden.

Hoe Exitotoxinen werden ontdekt

In 1957, deden twee oogartsen, Lucas en Newhouse, een onderzoek met muizen om een bepaalde oogziekte te bestuderen.[3] Gedurende de duur van het onderzoek voerden ze twee pasgeboren muizen MSG en ontdekten dat ze allemaal een uitgebreide vernietiging vertoonden van de binnenste zenuwlaag van het netvlies. Zo'n zelfde vernietiging zag men ook bij volwassen muizen maar niet zo ernstig als bij de pasgeboren muizen. Het resultaat van hun onderzoek werd in het oogheelkundig archief gestopt en weldra vergeten. Gedurende tien jaar, voorafgaand aan dit rapport werden grote hoeveelheden MSG toegevoegd, niet alleen aan voeding voor volwassenen maar ook aan babyvoeding in dezelfde hoeveelheden als bij de proefdieren.

In 1969 herhaalde Dr. John Olney, neurowetenschapper en neuropatholoog werkzaam bij het Psychiatrie departement van de Universiteit van Washington in St.Louis, de onderzoeken van Lucas en Newhous.[4] Zijn laboratoriumassistent ontdekte dat de pasgeboren, aan MSG blootgestelde, muizen zeer dik en klein waren. Verder onderzoek leerde ook dat ze minder ontwikkelde organen hadden, zoals de hypofyse, schildklier, bijnieren en ook stoornissen in de voortplantingsorganen. Physiologisch vertoonden ze meervoudige endocriene gebreken, waaronder TSH, groeihormoon, LH, FSH en ACTH. Toen Dr. Olney de hersenen onderzocht van de dieren ontdekte hij letsel aan de gebogen nucleus en ook minder ernstig letsel van andere nucleus van de hypothalamus. Recent onderzoek heeft aangetoond dat glutamaat de belangrijkste neurotransmitter is in de hypothalamus.[5] Sinds de vroegste waarnemingen is monosodium glutaminaat en andere excitomaterialen een standaard middel geworden om de functie van de hypothalamus te bestuderen. Latere onderzoeken toonden aan dat schade door monosodium glutaminaat veel verder ging, zoals de hippocampus, cirkelvormige organen, locus cereulus, de amandelen, het limbisch systeem, subthalamus en striatum.[6]

Recenter moleculair onderzoek hebben het mechanisme van deze afbraak tot in detail duidelijk gemaakt.[7] Eerder was opgemerkt dat, wanneer neuronen in de reageerbuis werden blootgesteld aan glutamaat en dan werden schoon gewassen, de cellen gedurende een uur volkomen normaal leken te zijn, waarna ze heel snel afstierven. Men ontdekte dat wanneer calcium uit het middel werd verwijderd, de cellen het overleefden. Onderzoeken die daarna kwamen toonden aan dat glutamaat en andere excito aminozuren zich verbinden met een gespecialiseerde familie receptoren (NMDA, kainate, AMPA en metabotropic) die op hun beurt, direct of indirect, het calcium kanaal openen van het celmembraan van het neuron, waardoor calcium in de cel kan vloeien. Wanneer dit ongehinderd kan gebeuren, veroorzaakt dit calcium een stroomversnelling van reactie, zoals het ontstaan van vrije radicalen, de productie van eicosanoid en de peroxidatie van vet, dat de cel zal vernietigen. Door dit calcium worden de zenuwcellen zodanig gestimuleerd, dat door het herhaald verzenden van hun informatie de cel uiteindelijk afsterft, vandaar de naam excitoxins. Het activeren van het calciumkanaal via het NMDA-type receptoren heeft ook betrekking op andere membraan- receptoren, zoals zink-, magnesium-, phencylidine- en glycine receptoren.

Bij veel ziekteverschijnselen, die verband houden met excitovergiftiging, is de bron van glutamaat en aspartaam endogeen (komt uit het lichaam zelf voort). We weten dat wanneer hersencellen beschadigd worden, er grote hoeveelheden glutamaat uit de omringende astrocyten vrijkomen en dit glutamaat kan de normale zenuwcellen in de omgeving verder beschadigen. Dit zien we bij een beroerte, epileptische insulten en hersentrauma's. Maar excitotoxinen uit voedsel kan belangrijk bijdragen aan de opeenhoping van het vergif.

De reactie van de FDA

In juli 1995 hield de FASEB (Federation of American Societies for Experimental Biology) een definitief onderzoek voor de FDA over het veiligheidsaspect van MSG.[8] De FDA schreef een zeer misleidende samenvatting van het verslag, waarin ze tot de konklusie kwamen dat MSG veilig was bevonden door de FASEB recensenten behalve misschien voor asthma patiënten. In feite was dat helemaal niet wat in het rapport stond. Ik vatte tot in details mijn kritiek samen voor wat betreft deze wijd en zijd verspreide FDA-misleiding in de herziene pocket editie van mijn boek: excitotoxinen: The Taste That Kills, door exact te analyseren wat in het verslag stond en wat er niet in stond.[9] Er stond bijvoorbeeld niet in dat MSG neurodegeneratieve ziekten niet verergerde. Wat ze zeiden was dat er geen onderzoeken waren die zo'n connectie aangaven. In het bijzonder dat niemand ooit een onderzoek, positief of negatief had gehouden, om te zien of er een connectie was.

Een vitaal verschil

Jammer genoeg voor de consument gingen de gezamenlijke voedsel fabrikanten door met het toevoegen van MSG aan onze voeding, maar ze hebben grote moeite gedaan om dit schadelijke additief te vermommen. Ze gebruiken bijvoorbeeld namen als gehydroliseerd plantaardig eiwit, plantaardig eiwit, getextureerd eiwit, caseinaat, gistextract en natuurlijke smaakstoffen. Proefondervindelijk weten we dat als deze excitotoxin smaakversterkers samen worden toegevoegd ze veel giftiger zijn dan wanneer ze apart voorkomen.[10] Excitotoxinen in niet giftige doses kunnen in feite zeer giftig zijn voor gespecialiseerde hersencellen wanneer ze te zamen worden gebruikt. Regelmatig zie ik bewerkte voeding in supermarkten, voornamelijk diepvries of dieet voeding, die twee, drie of zelfs vier soorten excitotoxinen bevatten. We weten ook, zoals is aangegeven, dat excitotoxinen in vloeibare vorm veel giftiger zijn dan in vaste vorm, omdat ze heel snel opgenomen worden en veel hogere waarden in het bloed bereiken. Dit betekent dat veel van de commerciële soepen, sauzen en jus die MSG bevatten erg gevaarlijk zijn voor de gezondheid van het zenuwstelsel en zouden zeer zeker vermeden moeten worden door mensen met de boven genoemde ziekten, of zij die grote kans hebben om zo'n ziekte te ontwikkelen. Deze produkten zouden ook gemeden moeten worden door kanker patiënten en door mensen die het risico lopen kanker te krijgen vanwege de samenhang met het ontstaan van vrije radicalen en peroxidatie van vet.[11]

In het geval van ALS (Amyotrope Lateraal Sclerose), weten we dat het gebruik van rood vlees en vooral van MSG, het bloedgehalte van glutamaat veelbetekenend kan verhogen, veel hoger dan gezien wordt bij een de gemiddelde bevolking.[12] Dergelijk onderzoek is voor zover ik weet, niet gehouden bij patiënten met de ziekte van Alzheimer of Parkinson. Maar als algemene stelregel zou ik zeker willen voorstellen dat mensen met een van deze ziekten voedsel met MSG moeten vermijden, net zo als rood vlees, kaas en tomatenpuree, daar ze allemaal bekend staan dat ze veel glutamaat bevatten.

U moet er aan denken dat het de glutamaat molecule is in MSG (monosodium glutaminaat) die giftig is. Glutamaat is een natuurlijk voorkomend aminozuur dat in verschillende concentraties wordt gevonden in veel voedingsstoffen. Voorstanders van de veiligheid van MSG maken toespelingen op dit feit voor hun verdediging. Maar het is vrije glutamaat dat hier de schuldigde is. Gebonden glutamaat, dat natuurlijk voorkomt in voeding is veel minder gevaarlijk omdat het langzaam wordt afgebroken en door de darm wordt opgenomen, zodat de weefsels en voornamelijk spieren het kunnen gebruiken voordat er giftige concentraties kunnen ontstaan. Daarom is een hele tomaat veiliger dan een gepureerde tomaat. De enige uitzondering hierop, gebaseerd op aanwezige kennis, is in het geval van ALS. Ook de tomatenplant bevat verschillende krachtige antioxidanten die de giftigheid van glutamaat kunnen blokkeren.[13]

Gehydroliseerd plantaardig eiwit is een gewoon voedingsadditief en bevat ten minste twee exitotoxins, glutamaat en cysteinezuur. Gehydroliseerd plantaardig eiwit wordt gemaakt door een chemisch proces dat de plantaardige eiwitstructuur afbreekt om opzettelijk het glutamaat vrij te maken en ook aspartaat, nog een excitotoxin. Deze bruine poederachtige substantie wordt gebruikt om de smaak van voeding, vooral van vlees, soepen en sauzen te verhogen. Ondanks het feit dat sommige fabrikanten van gezonde voeding hebben geprobeerd het idee aan de man te brengen dat deze smaakversterker geheel "natuurlijk" en "veilig" is, omdat het is gemaakt van groenten, is het echter niet veilig. Het is dezelfde stof die wordt toegevoegd aan bewerkte voeding. Experimenteel kan het dezelfde hersenbeschadigingen veroorzaken bij het gebruik van Gehydroliseerd plantaardig eiwit als door het gebruik van MSG of aspartaat.[14]

De lijst met ontdekte ecxitotoxins stijgt, met inbegrip van de verschillende die natuurlijk worden bevonden. L-cysteine bijvoorbeeld is een zeer krachtig excitotoxin. Onlangs werd het toegevoegd aan bepaald brooddeeg en wordt in winkels voor natuurlijke voeding verkocht als supplement. Homocysteine, metabolisch afgeleid is eveneens een excitotoxin.[15] Interessant is, dat is aangetoond dat een verhoogd niveau homocysteine in het bloed een belangrijke, zo niet de belangrijkste, indicator is van hart- en vaatziekten en beroerten. Eveneens belangrijk is de bevinding dat dit verhoogde niveau ook voorkomt bij een verstoring van de ontwikkeling van de zenuwcellen, vooral bij anencephalie en spinabifida.16

Er wordt gedacht dat dit het beschermende mechanisme wordt veroorzaakt door het gelijktijdige gebruik van vitamine B12, B6 en foliumzuur. Het valt nog te bezien of het giftige effect excitoxisch is, of een ander mechanisme. Als het excitotoxisch is, zou het ongeboren kind zowel door glutamaat, aspartaat (onderdeel van de aspartaam molecule) in gevaar wordt gebracht. Onlangs zijn er verschillende onderzoeken gedaan, waarbij gevonden werd dat alle onderzochte Alzheimer patiënten een verhoogd niveau homocysteine hadden.[17]

Een belangrijk onderzoek ontdekte dat mensen, die de Ziekte van Alzheimer hadden, ook een uitgebreide afbraak vertoonden van de ganglioncellen van hun netvlies.[18] Interessant is dat dit het gebied was, dat aangetast was toen Lucas en Newhouse als eersten de excitotoxiciteit van MSG ontdekten. Terwijl dit niet bewijst dat glutamaat uit voeding en andere excitotoxinen de Ziekte van Alzheimer veroorzaken of verergeren, is het een krachtig indirect bewijs. Zodra al de bekende informatie betreffende excitotoxische voedingsadditieven is geanalyseerd, is het moeilijk om de voortdurende goedkeuring van de FDA te rechtvaardigen voor het wijdverbreide gebruik van deze voedsel additieven.

De vrije radicalen Connectie

Veel van de zeldzame neurologische aandoeningen, die in verband gebracht worden met beschadiging door excitotoxinen worden ook verbonden met de opeenhoping van giftige vrije radicalen en de vernietigende produkten van vet oxidatie.[19] Men heeft ontdekt dat de hersenen van patiënten met de Ziekte van Alzheimer hoge concentraties bevatten van produkten van vet peroxidatie en bewijs van de opslag en schade door vrije radicalen.[20,21,22]

In het geval van de Ziekte van Parkinson, weten we dat een van de eerste veranderingen het verlies van een van de primaire antioxidant verdedigings systemen is, glutatione, van de zenuwcellen van het striate systeem en speciaal in de zwarte stof.[23] Het is deze nucleus die het eerste wordt aangedaan bij deze ziekte. Dit gaat gepaard van een opeenhoping van vrij ijzer, dat een van de meest krachtige generatoren is van vrije radicalen.[24] Een van de hoogste concentraties ijzer in het lichaam bevindt zich in de globus pallidus en de grijze stof. De zenuwcellen hierin zijn erg kwetsbaar voor oxidanten, omdat door het catabolische metabolisme van de transmitter dopamine kan doorgaan in het ontstaan van zeer krachtige vrije radicalen. Dat wil zeggen, het kan peroxide auto- oxideren dat normaal gesproken ontgift wordt door glutathione. Zoals we gezien hebben, is het verlies van glutathione in de grijze stof een van de eerste gebreken die wordt gezien bij de Ziekte van Parkinson. In de nabijheid van hoge concentraties vrij ijzer, wordt de peroxide omgezet in de gevaarlijke en zeer krachtige vrije radicaal, hydroxide. Als de hydroxide radicaal zich door de hele cel verspreidt, ontstaat er vernietiging van de vet componenten van de cel, een proces dat vet peroxidatie genoemd wordt. Van hetzelfde belang is het ontstaan van het krachtige peroxinitriet radicaal, dat ernstige schade aan de celeiwitten en het DNA kan veroorzaken, zowel van het mitochondrium als van het atoom.[25]

Bij het gebruik van een laser microphobe massa analyse apparaat, hebben onderzoekers onlangs ontdekt dat de opslag van ijzer bij de Ziekte van Parkinson hoofdzakelijk is gelocaliseerd in de neuromelanine korrels (die de nucleus zijn zwarte kleur geven).[26] Het is ook aangetoond dat er een ernstige opeenhoping van aluminium binnen deze korrels ontstaat.[27] Hoogst waarschijnlijk neemt het aluminium de plaats in van het gebonden ijzer, waardoor zeer reactief vrij ijzer vrijkomt. Zelfs lage concentraties aluminiumzout kan de door ijzer veroorzaakte vet-peroxidatie versterken in bijna de volgorde van grootte. Directe toediening van ijzer in de zwarte stof nucleus van knaagdieren kan het Parkinson syndroom doen ontstaan en een dosis afhankelijke daling van dopamine. Recent onderzoek heeft aangetoond dat mensen met Parkinson eveneens een storing in hun ijzer stofwisseling hebben.[28]

Nog een vroege bevinding bij de Ziekte van Parkinson is de vermindering van de complex I enzymen in de mitochondria van de nucleus.[29] Het is bekend dat de complex I enzymen belangrijk zijn bij de productie van cel energie. Als de cel energie wordt verminderd, stijgt het giftige effect van excito aminozuren dramatisch.

Bij ALS bestaat er groeiend bewijs dat dezelfde schade door vrije radicalen, waarschijnlijk ontstaan door giftige concentraties excitotoxinen, een belangrijke rol spelen bij deze ziekte.[30] Verschillende onderzoeken hebben aangetoond dat de opeenhoping van de produkten van vet peroxidatie in het ruggemerg van ALS slachtoffers aanwezig is en eveneens een opeenhoping van ijzer.[31]

Het is bekend dat glutamaat een rol speelt op zijn receptor via een mechanisme van salpeteroxide.[32] Overstimulatie van de glutamaat receptor kan een opeenhoping van stikstof soorten, waardoor verschillende soorten gevaarlijke vrije radicalen, waaronder peroxynitriet ontstaan.

Er is groeiend bewijs, in ieder geval gedeeltelijk, hoe overmatig glutamaat de zenuwcellen beschadigd. In een massa onderzoek is een sluitende verbinding aangetoond tussen excitotoxiciteit en het ontstaan van vrije radicalen.[34-37]

Anderen hebben aangetoond dat bepaalde opruimers van vrije radicalen (antioxidanten) de beschadiging door exitotoxinen op een succesvolle manier de afbraak van zenuwcellen hebben geblokkeerd. Bijvoorbeeld, vitamine E staat er om bekend de giftigheid van glutamaat in de reageerbuis volledig te blokkeren.[38] Of het net zo efficiënt zal zijn bij mensen is niet bekend. Maar gezien de huidige observaties dat vitamine E gecombineerd met andere vitamine-antioxidanten de oorzaak van de Ziekte van Alzheimer kan vertragen en er wordt aangenomen dat het eveneens het voortschrijden van de Ziekte van Parkinson kan vertragen. In het onderzoek 'DATATOP' naar alleen de effecten van alpha-tocopherol, werd geen vermindering in de voortschrijding van de ziekte gezien. Het probleem met dit onderzoek was de lage doses die werden gebruikt en het feit dat de DL- alpha-tocopherol die werd gebruikt er om bekend staat een veel minder antioxidant vermogen te hebben dan D-alpha-tocopherol. Stanley Fahn ontdekte dat een combinatie van D-alpha-tocopherol en ascorbinezuur (Vit.C) in hoge dosering de voortschrijding van de ziekte met 2.5 jaar vertraagde.[39] Tocotrienol kan grotere voordelen hebben, vooral wanneer het gebruikt wordt in combinatie met andere antioxidanten. Er bestaat klinisch bewijs, met inbegrip van mijn eigen observaties, dat vitamine E ook de voortgang van ALS kan vertragen, vooral in de vorm van D- alpha- tocopherol. Ik zou willen waarschuwen dat antioxidanten het beste werken in combinatie en tegenovergestelde schadelijke effecten kunnen hebben wanneer ze afzonderlijk gebruikt worden. Dat is zo wanneer antioxidanten zoals ascorbinezuur en aplha tocopherol zelf geoxideerd worden, zoals in het geval van dehydroascorbinezuur, beschermen ze niet langer, maar treden ze zelf op als vrije radicalen. Hetzelfde is het geval bij alpha- tocopherol.[40]

Opnieuw moet men begrijpen dat overmatige prikkeling door glutamaat een kettingreactie op gang brengt dat op zijn beurt het ontstaan van een grote hoeveelheid vrije radicalen veroorzaakt, zoals stikstof en zuurstof deeltjes. Er is aangetoond dat deze vrije radicalen de celeiwitten beschadigen (eiwit carbonyl produkten) en het DNA. De meest directe DNA- beschadiging ontstaat aan het mitochondirium DNA, dat de eiwit expressie in die bepaalde cel en bij de celdeling veroorzaakt tamelijk serieuze veranderingen in de energieproductie van de cel. Verwacht wordt dat tenminste een aantal van de neurodegeneratieve ziekten, Ziekte van Parkinson in het bijzonder op deze manier worden beïnvloed.[41] Langdurige opeenhoping van vrije radicalen kan resulteren in een verzwakte functionele reserve van vitamines/mineralen antioxidanten en enzymen en thiolverbindingen, nodig voor de bescherming van de zenuwen. Chronische stress, chronische infectie, het ontstaan van vrije radicalen, metalen en vergiften en verzwakte DNA en herstel-enzymen, dragen allemaal aan deze beschadiging bij.

We weten dat er vier endogene antioxidant bronnen bestaan:
1. De natuurlijke van de zuurstof stofwisseling.
2. Ontstaan door het vernietigen van bacteriën, virussen en parasieten door de witte bloedlichaampjes en vooral bij chronische infecties.
3. Ontstaan door de afbraak van vetzuren en ander moleculen die H2O2 produceren als bijverschijnsel. (Dit is belangrijk bij geestelijke spanningen, waarvan aangetoond is dat ze het niveau vrije radicalen in de hersenen belangrijk verhogen.)
4. Oxidanten die ontstaan gedurende de afbraak van P450 van natuurlijke vergiften. Dat een van de belangrijkste endogene bronnen is van vrije radicalen bij de blootstelling van weefsel aan vrij ijzer, vooral in de aanwezigheid van ascorbine. Helaas is ijzer een van de mineralen die stevig gepromoot worden door de gezondheidsindustrie en wordt regelmatig toegevoegd als een krachtig veroorzaker van vrije radicalen, waarvan aangetoond is dat het verhoogd is in de grijze stof in de hersenen van Parkinson patiënten.[42]

Wat deze onderzoeken hebben aangetoond, is een directe verbinding tussen excitotoxiciteit en het ontstaan van vrije radicalen bij een groot aantal ziekten en kwalen zoals epileptische insulten, beroerte, hersentrauma, virus infecties en neurodegeneratieve ziekten. Interessant is, dat ook is aangetoond dat vrije radicalen ook de opname van glutamaat door astrocyten voorkomt, dat de stijging van de hoeveelheid extracellulaire glutamaat in belangrijke mate zou verhogen.[43] Dit veroorzaakt een vicieuze cirkel die iedere voorkomende schade en slechte werking van neurophysiologische systemen zal vermeerderen, zoals plasticiteit.

De Bloed-Brein-Barriere

* * * Een van de belangrijkste argumenten van de MSG industrie voor wat betreft de veiligheid van hun product is dat glutamaat in het bloed niet in de hersenen kan komen door de Bloed-Brein-Barriere (BBB), een systeem van gespecialiseerde capilaire structuren ontworpen om te voorkomen dat giftige bestanddelen de hersenen binnenkomen. Het is bekend dat de hersenen, zelfs bij de volwassenen, diverse gebieden heeft die gewoonlijk geen barrieresysteem hebben, genaamd de circelvormige organen. Hierin bevindt zich de hypothalamus, het subfornicale orgaan, organium vasculosum, area postrema, pijnappelklier en het subcommisural orgaan.

Van deze is de hypothalamus het belangrijkste, daar het het controle orgaan is voor alle neuroendocriene regelingen, slaap/waak ritme, emotionele controle, de regeling van de calorie opname, het immuunsysteem en de regeling van het autonome zenuwstelsel. Glutamaat is de belangrijkste neurotransmitter in de hypothalamus. Daarom is de nauwkeurige regeling van het glutamaat niveau in het bloed zeer belangrijk, omdat te verwachten is dat hoge concentraties glutamaat het niveau van de hypotahlamus eveneens zal verhogen. Een van de eerste en consequente bevindingen door blootstelling aan MSG is schade aan een gebied van de hypothalamus bekend als de gebogen nucleus

Deze kleine nucleus van de hypothalamus controleert een veelvoud neuroendocriene functies evenals de intieme verbinding met verschillende andere nucleus in de hypothalamus. Het is ook aangetoond dat hoge concentraties bloed glutamaat en aspartaat (uit de voeding) de zogenaamde "beschermde hersenen" binnen komen doordat het doordringt vanuit de niet beschermde delen zoals de hypothalamus of andere circelvormige organen.

Nog een belangrijke observatie is dat chronische verhoging van bloed glutamaat zelfs door de normale bloed-brein-barriere heen kan dringen wanneer dit hoge niveau lange tijd gehandhaafd blijft.[44] Dit zou zo zijn wanneer men dagelijks voedsel met veel excitotoxinen gebruikt -MSG, aspartaam en L-cysteine. De meeste onderzoeken aangehaald door de voorstanders van de veiligheid van MSG, werden gehouden om de doeltreffendheid van de BBB in acute gevallen te onderzoeken. Normaal gesproken, behalve in het geval van stofwisselings stoornissen (zoals ALS) zijn glutamaat en aspartaat hoeveelheden niet verhoogd op continue basis. Langdurige verhoging van deze excitotoxinen zijn exclusief aan het moderne dieet.

Een bijkomende kritieke factor die genegeerd wordt door de voorstanders van de veiligheid van voeding met excitotoxinen is het feit dat veel mensen van een bevolking ziekten hebben die de doorlaatbaarheid van de BBB kan veranderen. De lijst met voorwaarden die verbonden is aan de verstoring van de barrière bevat: hypertensie, diabetes, tia's (kleine afsluiting), beroerte, hoofdtrauma, Multiple Sclerose, hersentumoren, chemotherapie, bestraling, behandeling van het zenuwstelsel, ziekten van het bindweefsel (Lupus), AIDS, hersen infecties, bepaalde medicijnen, Ziekte van Alzheimer en als gevolg van normale veroudering. Er zijn nog andere lichamelijke condities mogelijk die invloed hebben op de beschadiging van de BBB die tot nu toe onbekend zijn.

Wanneer de BBB niet goed functioneert als gevolg van een van deze lichamelijke condities weerspiegelt de hoeveelheid glutamaat in de hersenen die van de hoeveelheid in het bloed. Dat wil zeggen dat voedsel dat hoge concentraties van deze excitotoxinen bevat ook de concentratie in de hersenen tot een giftig niveau zal verhogen. Neem bijvoorbeeld Multiple Sclerose. We weten dat iemand met MS een verergering heeft van het aantal symptomen, de BBB bij deze beschadigingen raakt defect, waardoor de hersenen daar in de buurt gevoelig wordt voor excitotoxinen uit het bloed of het dieet.[45] Maar niet alleen de aangrenzende hersenen zijn kwetsbaar, de opening vormt een entree waardoor de gehele hersenen aan giftige niveaus glutamaat worden blootgesteld. Verschillende klinisch specialisten hebben erop gewezen dat hun MS patiënten slechter werden na blootstelling aan excitotoxinen uit de voeding. Ik heb dit zelf ook gezien. Het is logisch om aan te nemen dat patiënten met ander neurodegeneratieve ziekten, zoals de Ziekte van Alzheimer, de Ziekte van Parkinson en ALS er ernstiger aan toe zijn met een dieet met veel excitotoxinen. Bij de Ziekte van Alzheimer is aangetoond dat de BBB was verstoord.[46]

Onlangs is aangetoond dat niet alleen vrije radicalen de BBB kunnen verstoren, maar excitotoxinen kunnen dat ook.[47] In feite zijn glutamaat receptoren aangetoond in de BBB zelf.[48] In een zorgvuldig ontworpen onderzoek hebben onderzoekers een opening gemaakt in de BBB door geinjecteerd ijzer te gebruiken als veroorzaker van vrije radicalen. Bij de gebruikmaking van de krachtige vernietiger van vrije radicalen (U- 74006F) in dit model, werd de opening van de BBB veelbetekenend geblokkeerd. De glutamaat blokker MK-801 werkte zelfs nog beter om de BBB te beschermen. De auteurs van dit onderzoek kwamen tot de conclusie dat glutamaat een belangrijke regulateur was van het transport van hersencapilairen en stabiliteit en dat overstimulering van de NMDA (glutamaat) receptoren in de BBB een belangrijke rol blijken te spelen in de afbraak van het barrière systeem. Wat dit ook betekent, is dat hoge niveaus glutamaat of aspartaat heel goed de normale werking van de BBB kunnen verstoren, zodat meer glutamaat de hersenen kan binnendringen, waardoor een vicieuze cirkel ontstaat.

Het verband met de produktie van Cel energie

De beschadiging door exitotoxinen hang sterk af van de staat van de energie waarin de cel verkeert.[49] Cellen met een normaal energiesysteem zijn erg bestand tegen zulk vergif. Wanneer cellen energie tekort komen, het maakt niet uit waar dat door komt - zuurstofgebrek, uithongering, vergif uit de stofwisseling of hypoclycemie - daardoor worden ze veel gevoeliger voor beschadiging door exitotoxinen of afsterven. Zelfs normale concentraties glutamaat zijn giftig voor cellen die energie tekort komen.

Het is bekend dat bij veel neurodegeneratieve ziekten, het tekort van energie in de neuronen kan vaak jaren lang voorafgaan kan gaan aan de klinische aanvang van de ziekte, misschien wel tientallen jaren.[50] Dit is aangetoond in het geval van de Ziekte van Huntington en de Ziekte van Alzheimer door gebruik te maken van de PET-scan, die de stofwisseling van de hersenen meet. In het geval van de Ziekte van Parkinson, hebben diverse groepen aangetoond dat een van de vroegste tekorten van deze ziekte een verzwakte energieproductie is van de gecompliceerde groep enzymen in de mitochondria van de grijze stof. (Deel van het elecktronen transport systeem.) [51,52] Het is interessant dat bekend is dat deze groep enzymen erg gevoelig is voor schade door vrije radicalen.

Onlangs is aangetoond dat zodra striatumneuronen blootgesteld worden aan geinjecteerde exitotoxinen er een dramatische daling ontstaat in de energieproductie door deze neuronen. CoEnzym Q10 in dit model kan deze energieproductie herstellen, maar niet de dood van de cel voorkomen. Wanneer het echter gecombineerd wordt met niacinamide, zien we zowel een bescherming van de cel energie productie als de neuron.[53] Ik raad diegenen met neurodegeneratieve ziekten een combinatie van CoQ10, acetyl-L carnitine, niacinamide, riboflavin, methylcobalamine en thiamine aan.

Een van de nieuwere onthullingen van de moderne moleculaire biologie is de ontdekking van ziekten van het mitochondrium, waarvan het tekort aan celenergie het kenmerk is. In veel van deze ziekten wordt belangrijke clinische verbetering gezien na een soortgelijke methode met vitaminen gecombineerd met CoQ10 en L-carnitine.[54] Acetyl L-carnitine komt de hersenen binnen in hogere concentraties en verhoogt ook acetylcholine in de hersenen, nodig voor het normaal functioneren van het geheugen. Terwijl deze speciale stoffen de hersenenergie functie enorm kunnen verhogen, zijn ze niet alleen in deze belangrijke eigenschap. Phosphnotidyl serine, Gingko Biloba, vitamine B12, foliumzuur, magenesium, vitamine K en veel anderen blijken ook belangrijk te zijn.

Daar het onvolledige functioneren belangrijk is om uit te leggen waarom sommigen gevoeliger zijn voor schade door excitotoxinen dan anderen, verklaart het niet de schade bij hen met een normale celstofwisseling. Er zijn verschillende omstandigheden waardoor energie stofwisseling wordt verstoord. We weten dat ongeveer een derde van de Amerikanen lijdt aan hypoglycemie. Dat wil zeggen dat ze reageren op een maaltijd samengesteld met enkelvoudige suikers of koolhydraten (die snel worden afgebroken in enkelvoudige suikers d.w.z een hoge glycemische index) door een grote hoeveelheid insuline af te scheiden. Dit veroorzaakt een dramatische verlaging van het bloedsuiker.

Bij de daling van het bloedsuiker, reageert het lichaam door het vrijmaken van een grote hoeveelheid epinephrine uit de bijnieren in een poging om het bloedsuiker te laten stijgen. Wij bemerken dit als zenuwachtigheid, hartkloppingen, angstgevoel en heftig transpireren. Soms kan iemand een langzamere verlaging van het bloedsuiker hebben die niet dit reactieve vrijmaken van epineprine veroorzaakt, waarbij minder symptomen zijn.

Dit kan gevaarlijker zijn, daar we niet in de gaten hebben dat onze glucosereserve daalt, totdat we duidelijke neurologische symptomen ontwikkelen zoals moeilijkheden bij het denken en een sensatie van licht in het hoofd zijn krijgen.

De hersenen zijn een van de organen die het meest van glucose afhankelijk is, daar het minder mogelijkheden kent voor de stofwisseling van andere voedingsbodems, zoals vetten. Er bestaat enig bewijs dat sommige neurodegeneratieve ziekten betrekking hebben op een te veel vrijkomen van insuline, zoals bij de Ziekte van Alzheimer, of een verzwakte benutting van glucose zoals in het geval van de Ziekte van Parkinson en de Ziekte van Huntington.[55]

Het is mijn vaste overtuiging, gebaseerd op klinisch onderzoek en physiologische principes, dat veel van deze ziekten zich primair voordoen in de aanwezigheid van, of reactieve hypoglycemie, of "hersen hypoglycemie", een omstandigheid waarbij het bloedsuiker normaal is en de hersenen geisoloeerd hypoglycemisch zijn. Bij tenminste twee zeer goed gedocumenteerde onderzoeken werd gevonden dat zuivere Alzheimer dementie slechts zelden voorkwam bij die patiënten met een normaal bloedsuiker en dat de meeste gevallen Alzheimer patiënten een laag bloedsuiker hadden en een hoog insuline niveau van het liquor. [56,57] Bij mijn eigen beperkte onderzoek met Parkinson- en ALS patiënten heb ik in verhouding een onevenredig groot aantal gevonden dat leed aan reactieve hypolgycemie.

Ik vond het interessant dat verscheidene ALS patiënten een verband hadden bemerkt tussen hun symptomen en gluten. Wanneer ze een gluten vrij dieet hielden gingen ze klinisch vooruit. Het kan zijn dat door het vermijden van gluten bevattende produkten, zoals brood, crackers, cornflakes, pasta's, enz., ze ook die produkten vermeden die hoog op de glucose index stonden, d.w.z. die reactieve hypoglycemie veroorzaakten. Ook bevatten al deze voedingsstoffen veel vrij ijzer. Klinisch gezien zal hypoglycemie de symptomen van de meeste neurologische ziekten verergeren. We weten dat ernstige hypoglycemie in feite ALS zowel klinisch als pathologisch kan nabootsen.[58] Het is ook bekend dat veel symptomen van de Ziekte van Alzheimer lijken op hypoglycemie, alsof de hersenen op zichzelf hypoglycemisch zijn.

Bij proeven waarbij dieren regelmatig werden blootgesteld aan korte perioden zuurstofgebrek (in de hersenen), werd ontdekt dat zulk herhaald letsel, biochemische veranderingen kan veroorzaken die overeenkomen met datgene dat gezien wordt bij Alzheimer patiënten.[59] Een van de effecten van zuurstoftekort is een enorm vrijkomen van glutamaat in de ruimte rond de neuronen. Dit resulteert in een snelle dood van deze gevoelig gemaakte cellen. Bij het ouder worden de bloedvoorziening van de hersenen regelmatig verslechtert, door atherosclerose of door slechte bloedvoorziening, waardoor korte perioden van zuurstoftekort ontstaan. Hypoglycemie veroorzaakt beschadigingen die erg veel lijken op zuurstoftekort en door hetzelfde mechanisme van glutamaat excitotoxinen. Onderzoeken bij diabetes patiënten die leden aan herhaalde gevallen van hypoglycemie die samengingen met een over medicatie van insuline vertoonden hersen atrofie en dementie.[60]

Nog een oorzaak van geïsoleerd zuurstof tekort in de hersenen is een verstoord glucose transport naar de hersenen door de BBB (bloed-brein- barriere). Het is bekend dat glucose in de hersenen kan komen door middel van een glucose transportmiddel en dat onder verschillende omstandigheden dit transportmechanisme is verstoord, o.a. door veroudering, arteriosclerose en de Ziekte van Alzheimer.[61,62] Dit is vooral belangrijk bij diabetici daar langdurige verhoging van het bloedsuiker een verlaging van het transportmechanisme veroorzaakt dat samengaat met een hypoglycemie van de hersenen, dat wordt verergerd door herhaalde perioden van perifere hypoglycemie dat gewoon is bij type I diabetes.

Bij het ouder worden zien we verschillende van deze energie tekort syndromen gelijktijdig ontstaan, zoals beschadiging van het mitochondrium, verminderde bloedvoorziening van de hersenen, dysfunctie van enzymen en verminderd glucose transport. Dit verhoogd de excitotoxiciteit enorm, waardoor verhoogde beschadiging door vrije radicalen en een progressief verlies van hersenfunctie en diepgaande veranderingen in de productie van celenergie ontstaat.[63] Men vermoed dat bij tenminste enige van de neurodegeneratieve ziekten, Alzheimer dementie en de Ziekte van Parkinson in het bijzonder, deze serie gebeurtenissen een belangrijke pathogene rol spelen.[64] De Chronische ophoping van vrije radicalen zou eveneens resulteren in een verminderde functionele reserve van antioxidanten vitamines/mineralen, antioxidant enzymen (SOD, catalase en glutathionde peroxidase) en thiol verbindingen die nodig zijn voor de bescherming van de zenuwen. Chronische stress, chronische infectie, metalen en vergif die vrije radicalen veroorzaken en een vermindering van enzymen voor het herstel van DNA dragen allemaal aan deze beschadiging bij.

Er wordt aangenomen dat het aantal beschadigingen aan het DNA bij mensen door vrije radicalen meer is dan 10.000 maal per dag.[65] In situaties van celspanning kan dit vele honderdduizenen bedragen. Normaal worden deze beschadigingen hersteld door speciale DNA herstel enzymen. Men weet dat bij veroudering deze herstel enzymen verminderen of minder efficiënt worden.[66] Sommige mensen worden ook geboren met een tekort aan herstel enzymen, bij voorbeeld in het geval van xeroderma pigmentosum. Recente onderzoeken bij Alzheimer patiënten vertoonden ook een belangrijk tekort aan DNA herstel enzymen en grote hoeveelheden van vet peroxidatie produkten in de aangedane delen van de hersenen.[67,68] Het is eveneens belangrijk om in te zien dat de hippocampus in de hersenen, het ernstigst beschadigd bij Alzheimer dementie, is het meest gevoelige gebied van de hersenen voor een tekort aan glucose evenals een tekort aan zuurstof. Dat maakt het ook erg gevoelig voor glutamaat en vergiftiging door vrije radicalen.

Nog een belangrijke bevinding is dat wanneer cellen worden blootgesteld aan glutamaat ze een bepaalde insluiting ontwikkelen (brokstukken van cellen) die niet alleen overeenkomen met de neurofibrilaire knopen die gezien worden bij Alzheimer dementie, maar immunologisch ook gelijk zijn.[69] Evenals wanneer proefdieren worden blootgesteld aan de chemische stof MPTP, krijgen ze niet alleen de Ziekte van Parkinson maar de oudere dieren kregen ook de zelfde insluitingen (Lichaampjes van Lewy) die ook gezien worden bij Parkinson patiënten.[70] Er bestaat groeiend bewijs dat doorgaande vergiftiging met glutamaat lijdt tot een conditie van het verlies van receptoren caracteristiek bij neurodegeneratie.[71] Dit verlies van receptoren veroorzaakt een staat van disinhibitie die de excitotoxiciteit vergroot gedurende de latere stadia van neurodegeneratieve processen.

De speciale functie van ascorbinezuur

De hersenen bevatten een van de hoogste concentraties ascorbinezuur van het lichaam. Meest zijn zich bewust van de functie van ascorbinezuur in de synthese van verbindingsweefsel als een opruimer van vrije radicalen. Maar ascorbinezuur heeft andere functies die het tamelijk uniek maken.

Bij mensen weten we dat bepaalde gebieden van de hersenen een hoge concentratie ascorbinezuur hebben, zoals de nucleus accumbens en de hippocampus. De kleinste hoeveelheid zien we in de grijze stof.[27] Deze hoeveelheden schijnen de variëren met de elektrische activiteit van de hersenen. Amphetamine zorgt er voor dat de concentratie ascorbinezuur in het corpus striatum (basale ganglion gebied) stijgt en vermindert in de hippocampus, het inprentingsgebied van de hersenen. Ascorbinezuur staat er om bekend dat het ook een belangrijke rol speelt in de productie van dopamine.

Een van de belangrijkere schakels is tussen de uitscheiding van de glutamaat neurotransmitter door de hersenen en het vrijkomen van ascorbinezuur in de extracellulaire ruimte.[73] Het vrijkomen van ascorbinezuur kan eveneens veroorzaakt worden door de toediening van glutamaat of aspartaat, zoals gezien wordt bij diëten waar veel van deze excitotoxinen in voor komen. De andere neurotransmitters hebben niet een zelfde effect op de ascorbinezuur afscheiding. Dit effect schijnt een uitwissel mechanisme te zijn. Ascorbinezuur en glutamaat wisselen van plaats. Theoretisch kunnen hoge concentraties ascorbinezuur in het dieet de afgifte van glutamaat onderdrukken, waardoor het risico van schade door excitotoxinen wordt verminderd.

Er is nu essentieel bewijs dat ascorbinezuur zowel de functie van de electrophysiologie als het functioneren van het gedrag van de hersenen moduleert.[74] Het vermindert ook de reactie van het gedrag van ratten die aan amphetamine zijn blootgesteld, waarvan bekend is dat het reageert als een prikkelend mechanisme.[75] Gedeeltelijk komt dit door de geobserveerde vebinding van ascorbinezuur met de glutamaat receptor. Dit kan betekenen dat ascorbinezuur belangrijke mogelijkheden in zich heeft in het behandelen van ziekten die met excitotoxische schade te maken hebben. Tot dusver zijn er geen onderzoeken betreffende de stofwisseling van ascorbaat bij neurodegeneratieve ziekten. Er is tenminste een rapport over het tekort van ascorbinezuur bij proefkonijnen dat Histopathologische veranderingen veroorzaakt die lijken op ALS.[76]

Bij het verouderen ontstaat er een daling in de hoeveelheid ascorbaat in de hersenen. Wanneer dat vergezeld gaat van een dergelijke vermindering van glutatione peroxidase, zien we een opeenstapeling van H2O2 en vandaar vergrote hoeveelheden vrije radicalen en vet peroxicatie. Bij eenonderzoek werd ontdekt dat leeftijd niet alleen de extracellulaire concentraties van ascorbinezuur vermindert maar de mogelijkheid van het ascorbinezuur systeem in de hersenen om te reageren op oxyderende stress eveneens wordt verzwakt.[77]

In termen van de activiteit als antioxidant werken vitamine C en E samen op een dusdanige manier dat ze elkaars werkzame antioxidant toestand herstellen. Vitamine C vernietigd zuurstof radicalen in de vloebare staat en vitamine E in de fase waarin vet wordt afgebroken. Vitamine C onderdrukt het oxyderende verbruik van vitamine E bijna in het geheel, waarschijnlijk omdat in het levende organisme vitamine C in de waterachtige fase vlak bij het vet membraan laag die vitamene E bevat.

Gecombineerd wordt vitamine C sneller verbruikt tijdens oxyderende stress dan vitamine E. Zodra vitamine C volkomen verbruikt is begint vitamine E versneld uitgeput te raken. N-acetyl-L-cysteine en glutathione kunnen het verbruik van vitamine E eveneens verminderen, maar minder effectief dan vitamine C. Het wordt echt gevaarlijk wanneer vitamine C wordt gecombineerd met ijzer. Dat komt omdat het vrije ijzer ascorbaat oxideert waardoor de vrije radicaal dehydroxyascorbaat ontstaat. Alpha-lipoinezuur treedt krachtig op om ascorbaat en tocopherol in verminderde fase te houden (antioxidant fase. Bij het ouder worden produceren we minder van de transferrin transport eiwitten die normaal gesproken het vrije ijzer binden. Als resultaat hebben ouderen grotere hoeveelheden vrij ijzer in hun weefsel, met inbegrip van de hersenen en daarom lopen ze een groter risico door beschadiging door de veel voorkomende vrije radicalen.

Ontwikkeling van het zenuwstelsel

Recente onderzoeken hebben aangetoond dat glutamaat een belangrijke rol speelt in de ontwikkeling van het zenuwstelsel, vooral als de overleving, groei en differentiatie, ontwikkeling van circuits en celopbouw van het zenuwstelsel wordt bekeken.[78] Het is bijvoorbeeld bekend dat tekort aan glutamaat in de hersenen tijdens het ontstaan van het zenuwweefsel kan resulteren in de slechte ontwikkeling van de visuele cortex en een rol kan spelen in de ontwikkeling van schizofrenie.[79] Evenzo kan een teveel glutamaat veroorzaken dat zenuwbanen verkeerde verbindingen maken, een proces dat ik "verkeerde bedrading" van de hersenen heb genoemd. Het is aangetoond dat een teveel glutamaat tijdens de ontwikkeling van de foetus de lengte van de dendrieten vermindert en de uitgroei van de axon (zenuw die uit de neuron komt) in de hippocampus neuronen onderdrukt. Glutamaat is in staat een klassieke vergiftiging in de onvolgroeide hersenen te veroorzaken, zelfs voordat de glutamaat receptoren zich ontwikkelen. Hoge glutamaat niveaus kunnen ook de proliferatie van de astroglia als de differentiatie in neuronen beïnvloeden. Dit blijkt op te treden via het phosphoinositide proteine kinase C pad.

Het is aangetoond dat gedurende de ontwikkeling van de hersenen er een te welige groei van neuronverbindingen en celvorming is en dat gedurende deze fase er een piek is aan glutamaat in de hersenen wat bedoeld is om dit teveel aan verbindingen en teveel aan neuronen te verwijderen. Dit wordt wel "snoeien" genoemd. Teveel aan glutamaat gedurende het ontstaan van de synapsen en de aanleg van zenuwbanen veroorzaakt abnormale verbindingen in de hypotahalmus die later tot endocrinopathie kan leiden.[80]

Normaal gesproken kan toxicologische beschadiging bij de zich ontwikkelende foetus grote risico's inhouden gedurende de eerste zes maanden. Maar dit is niet zo bij de hersenen, die een groeispurt doormaken die begint gedurende de laatste drie maanden en die tenminste twee jaar na de geboorte doorgaat. Groei van dendrieten vindt maximaal plaats in de laatste foetale periode tot dem eenjarige leeftijd, maar kan langzamer doorgaan gedurende meerdere jaren. De ontwikkeling van neurotransmitters begint eveneens gedurende de laatste foetale periode, maar gaat door gedurende vier jaar na de geboorte. Dat betekent dat veranderingen in glutamaat en aspartaat in het dieet vooral gevaarlijk zijn voor de foetus gedurende de zwangerschap en verscheidene jaren na de geboorte. De gevoeligheid van de zich ontwikkelende hersenen voor excitotovergiftiging varieert, daar elk gebied van de hersenen een opvallend ontwikkelingsprofiel hebben. Het type exitotoxin blijkt ook belangrijk te zijn. Kianate bijvoorbeeld is niet giftig voor de onvolgroeide hersenen maar extreem giftig voor de volgroeide hersenen. De tegenhanger van glutamaat, NMDA is speciaal gifig tot zeven dagen na de geboorte terwijl quisqualate en AMPA hun piek giftigheid hebben van dag zeven tot dag veertien na de geboorte. L-cysteine is een krachtig excitotoxin voor de onvolgroeide hersenen.

* Myelinatie (de ontwikkeling van de mergschede rondom de neuriet) kan ook beïnvloed worden door zenuwvergiften. Normaal gesproken beïnvloeden excitovergiften dendrieten en neuronen meer dan axons, maar demyelinatie van de axons is aangetoond. Gedurende het myelinatie proces heeft iedere streek zijn eigen ontwikkelingspatroon vergezeld door belangrijke biochemische veranderingen, vooral in de vetstofwisseling. Recentere onderzoeken hebben een nog gecompliceerder patroon aangetoond van de myelinatie van het Centrale zenuwstelsel (CZS) dan eerder gedacht. Dit is vooral van belang bij het wijd verbreide gebruik van aspartaam, vanwege de drievoudig giftige effecten op eiwitten van de zenuwcellen en het DNA. Grote bezorgdheid geeft ook het methanol component en het afbraak produkt formaline.[81] Het is ook bekend dat het aspartaat deel spontane racemizering ondergaat in warme dranken waardoor D-aspartaat wordt gevormd, dat verbonden wordt met Tau eiwitten bij de Ziekte van Alzheimer.[82,83]

Zoals u merkt is de ontwikkeling van de hersenen een zeer complex proces dat gebeurt in een ruimtelijke volgorde die voorzichtig wordt gecontroleerd door biochemische, structurele en ook neurophysiologische gebeurtenissen. Zelfs subtiele veranderingen van deze parameters kunnen definitieve veranderingen tot stand brengen in gedrag en leren tot autisme, ADHD en gewelddadigheid.{84,85,86]

Experimenten waarbij pasgeboren dieren werden blootgesteld aan MSG hebben belangrijke gebreken aangetoond in de werking van de zenuwen.[87,88] Andere onderzoeken hebben aangetoond dat wanneer zwangere proefdieren MSG kregen toegediend, hun nakomelingen simpele dingen konden leren maar belangrijke tekortkomingen vertoonden bij gecompliceerde leerprocessen, dat samenging met een serieuze vermindering van sommige neurotransmitters van de voorhersenenen. [89,90] Bij mensen zou dit betekenen dat tijdens de kleuterleeftijd en puberteit het leerproces normaal zou lijken, maar bij meer ingewikkelde leerprocessen, zou het leerproces in belangrijke mate beschadigd zijn. Op verschillende manieren komt dit proefdier model overeen met ADD en ADHD bij mensen. Kubo en co-werkers ontdekten dat toediening van glutamaat voor de geboorte ernstige beschadigingen veroorzaakte aan de CA1 neuronen en dendrieten van de hippocampus en verminderd onderscheidend leren tot gevolg had. [91] Het is ook belangrijk te weten dat blootstelling aan MSG voor de geboorte belangrijke veranderingen veroorzaakt in het endocrine zenuwstelsel die langdurig kunnen zijn. [92,93] Door invloed op de hypothalamus en z'n aansluiting met de overblijfselen van de limbische verbindingen, kunnen exitotoxinen het gedrag diepgaand beïnvloeden.

Conclusie

In deze korte bespreking van een zeer gecompliceerd en een zich ontwikkelend onderwerp moest ik verschillende belangrijk delen van de puzzle weglaten. Ik heb bijvoorbeeld weinig gezegd over de functionele onderdelen van de receptor systemen, het glutaminaat transportmiddel en de relatie met ALS en Alzheimer dementie, het verval van de receptoren met het ouder worden en door ziekte, effecten op de membranen door produkten van de vet peroxidatie, vloeibaarheid van membranen, de effecten van chronische infecties op de kringloop van glutaminaat en vrije radicalen, stress hormonen en excitotoxiciteit, de rol van een overmaat insuline op het eicosanoid systeem, of de gedetailleerde fysiologie van het glutamaat systeem. Ik heb ook slechts een korte toespeling gemaakt op de giftigheid van aspartaam en de sterke samenhang met het ontstaan van hersentumoren weggelaten.

Ik heb echter geprobeerd de lezer aan te tonen dat er een sterke samenhang is tussen een overmaat excitotoxinen uit het dieet en uit het lichaam zelf en neurologisch disfunktioneren en ziekte. Veel argumenten van de voedingsindustrie zijn gebleken fout te zijn. Het is bijvoorbeeld aangetoond dat het niet waar is dat glutaminaat uit het dieet niet in de hersenen komt doordat het wordt tegengehouden door de bloed-brein-barriere (BBB), omdat glutaminaat de onbeschermde delen van de hersenen kan binnendringen via de circelvormige kanalen. Zoals we ook hebben gezien kan de chronische verhoging van glutaminaat in het bloed de BBB beschadigen. Er zijn eveneens ontelbare lichamelijke condities die de BBB ongeschikt kunnen maken.

Daar onze kennis van de pathofysiologie en biochemie van neurodegeneratieve ziekten toeneemt, wordt de samenhang met excitoxiciteit duidelijker.[94] Dit is vooral het geval met het onderlinge verband tussen excitoxiciteit en het ontstaan van vrije radicalen en het achteruitgaan van de energieproductie met het ouder worden. Het is aangetoond dat verschillende factoren van veroudering het proces kunnen verergeren. Bij het ouder worden van de hersenen vermindert het gehalte ijzer, waardoor het gevoeliger wordt voor het ontstaan van vrije radicalen. Ouder worden geeft ook veranderingen in de BBB, verandering in de haarvaten die leiden tot verminderde bloeddoorstroming, mitochondrium beschadiging door vrije radicalen van energie producerende enzymen, het vervormen van DNA, veranderingen van het glucose- en glutamaat transportmiddel en veranderingen in de neuronmembranen door de peroxidatie van vrije radicalen en vetten, zorgen er allemaal voor dat de ouder wordende hersenen meer en meer gevoelig worden voor de beschadiging door excitotoxinen.

Een levenslange beschadiging door vrije radicalen door chronische stress, trauma's, verminderde bloed doorstroming, hypoglycemie, zuurstofgebrek en verminderde verdediging door antioxidanten als gevolg van slechte voeding is het zenuwstelsel belangrijk verzwakt en gevoeliger geworden voor verdere beschadiging door exitotoxinen. We weten dat een vermindering van het genereren van energie door de neuronen een van de eerste verandering is die wordt gezien bij neurodegeneratieve ziekten. Dit gebeurt lang voordat de ziekte zich klinisch openbaart. Maar, zelfs nog eerder is er een verlies te zien van de functionele hoeveelheid glutathione in de neuronen.

Ik heb het materiaal toegevoegd over de speciale functie van ascorbinezuur (vit.C), omdat maar weinigen bekend zijn met de belangrijkheid van voldoende ascorbinezuur voor het functioneren van het CZS en de bescherming van de zenuwen tegen exitotoxiciteit. Zoals we gezien hebben, speelt het een vitale rol in de regeling van het gedrag van de zenuwen en eveneens in het dopamine systeem, dat aanvulling van ascorbaat in verband kan brengen met verbeteringen bij schizophrenie.

Onze kennis van dit proces opent nieuwe wegen voor de behandeling evenals voor de preventie van beschadigingen door excitotoxinen van het zenuwstelsel. Er zijn bijvoorbeeld veel voedingsmogelijkheden om de antioxidant bescherming van het CZS te verbeteren. Door geneesmiddelen of voeding te gebruiken die glutamaat selectief blokkeren, kan iemand in staat zijn sommige van de ruïnerende effecten van de Ziekte van Parkinson te wijzigen. Er bestaat bewijs dat een tekort aan dopamine een disinhibitie (overactiviteit) van een onderdeel van de thalamus nucleus veroorzaakt en dat dit kan resulteren in beschadiging van de grijze stof.[95] Door deze glutamaat neuronen te blokkeren in deze nucleus, is men in staat om deze schade te verminderen. Er bestaan ook aanwijzingen dat sommige voedingsstoffen de schade door exitotoxinen belangrijk kan verminderen. Van een combinatie van Coenzym Q10 en niacinamide is aangetoond dat het beschermt tegen letsel van het striatum door exitotoxinen. Methylcobolamine, phosphotidylserine, picnogenol en acetyl- L-carnitine beschermen eveneens tegen excitotoxiciteit.

Men moet bijzonder bezorgd zijn voor de giftige effecten van deze excitotoxinen op de zich ontwikkelende hersenen. Het is bekend dat de onvolgroeide hersenen vier maal zo gevoelig zijn voor beschadiging door exitotoxische aminozuren als de volwassen hersenen. Dit betekent dat er voor beschadiging door exitotoxinen bijzonder bezorgd moet zijn van het foetale stadium tot de adolescentie. Er zijn aanwijzingen dat de placenta sommige van deze giftige aminozuren concentreert aan de foetale kant van de placenta. Gebruik van aspartaam en MSG bevattende produkten door zwangere vrouwen gedurende deze kritische periode in de ontwikkeling van de hersenen is extra zorgelijk en moet ontraden worden. Veel van de gevolgen, zoals endocrine dysfunctie en complexe leersituaties, zijn subtiel en behoeven niet eerder dan wanneer het kind ouder is te verschijnen. Andere syndromen van de hypothlamus verbonden met vroege beschadiging door exitotoxinen zijn veranderingen in het immuunsysteem en gewelddadigheid.

Meer dan 100 miljoen Amerikanen gebruiken nu aspartaam produkten en een nog groter aantal gebruikt produkten met een of meer excitotoxinen. Er is voldoende medische literatuur voorhanden, waarin ernstige beschadigingen door deze additieven beschreven worden in concentraties zoals nu aanwezig in onze voeding, om een waarschuwing naar het publiek voor deze gevaren te rechtvaardigen. De zaak tegen aspartaam is bijzonder ernstig.

Referenties:

1. Ikonomidou C and Turski L, Glutamate in Neurodegenerative Disorders, In, Stone TW ( Ed) , Neurotransmitters and Neuromodulators: Glutamate, CRC Press, Boca Raton, 1995, 253-272.

2. Whetsell WO, Shapira NA. Biology of Disease. Neuroexcitation, excitotoxicity and human neurological disease. Lab Invest 68: 372-387, 1993.

3. Lucas DR and Newhouse JP. The toxic effect of sodium L-glutamate on the inner layer of the retina. Arch Opthalmol 58: 193-201, 1957.

4. Olney JW. Brain lesions, obesity, and other disturbances in mice treated with monosodium glutamate. Science 165: 719-721, 1969.

5. Pol ANV, Wuarin J-P, Dudek E. Glutamate, the dominate excitatory transmitter in neuroendocrine regulation. Science 250: 1276-1278, 1990.

6. Coyle JT, et al. Excitatory Amino Acid Neurotoxins: Selectivity, Specificity, and Mechanisms of Action. Neurosci Reseach Bull 19: #4, 1981.

7. Blackstone CD, Huganir RL. Molecular structure of Glutamate Receptor Channels. In, Stone TW, ed, CNS Neurotransmitters and neuromodulators: Glutamate. CRC Press, Boca Raton, 1995, 53-67.

8. Analysis of Adverse Reactions to Monosodium Glutamate ( MSG). Life Sciences Research Office. FASEB, July 1995.

9. Blaylock, RL. Excitotoxins: The Taste That Kills. Health Press, Santa Fe, NM, 1997, 248-254.

10. Olney JW. Glutamate: a neurotoxic transmitter. J Child Neurol 4: 218-226, 1989.

11. Choudhary P, Malik VB, et al. Studies on the effect of monosodium glutamate on hepatic microsomal lipid peroxidation, calcium, ascorbic acid and glutathione and its dependent enzymes in adult male mice. Toxicol Lett 89: 71-76, 1996.

12. Plaitakis A and Caroscio JT. Abnormal glutamate metabolism in amyotrophic lateral sclerosis. Ann Neuro 22: 575-579, 1987.

13. Blaylock RL. Neurodegeneration and aging of the central nervous system: Prevention and treatment by phytochemicals and metabolic nutrients. Integrative Med 1: 117-133, 1998.

14. Olney JW. Excitotoxic food additives: functional teratological aspects. Prog Brain Res 18: 283-294, 1988.

15. Parsons RB, Waring RH, et al. In vitro effect of the cysteine metabolites homocysteic acid, homocysteine and cysteic acid upon human neuronal cell lines. Neurotoxicology 19: 599-603, 1998.

16. Esskes TK. Neural tube defects, vitamins and homocysteine. Eur J Pediatr 157: Suppl 2: S139-S141, 1998.

17. McCaddon A, Daves G, et al. Total serum homocysteine in senile dementia of Alzheimer type. In J Geriatr Psychiatry 13: 235-239, 1998.

18. Banks JC, et al. Retinal pathology in Alzheimer's disease. I. Ganglion cell loss in foveal/parafoveal retina. Neurobiol Aging 17: 377-384, 1996.

19. Onanow CW. A radical hypothesis for neurodegeneration. Trends in neurosci 16: 439-444, 1993.

20. Aisen PS, Davis KL. Inflammatory mechanisms in Alzheimer's disease: implications for therapy. Am J Psych 151: 1105-1113, 1994.

21. Murphey T, Parikh A, et al. Arachidonic acid metabolism in glutamate neurotoxicity. Ann NY Acad Sci 559: 474-477, 1989.

22. Smith MA, Richey Pl, et al. Widespread peroxynitrite-mediated damage in Alzheimer's disease. J Neurosci 17: 2653-2657, 1997.

23. Jenner P, et al. Oxidative stress as a cause of nigral cell death in Parkinson's disease and incidental Lewy body disease. Ann Neurol 32: 282-287, 1992.

24. Griffiths PD, Crossman AR. Distribution of iron in the basal ganglion and neocortex in Parkinson's disease and Alzheimer's disease. Dementia 2: 61-65, 1993.

25. Bolanos JP, Almeida A, et al. Nitric oxide-mediated mitochondrial damage in the brain: mechanisms and implications for neurodegenerative diseases. J Neurochem 68: 2227-2240, 1997.

26. Dexter DT, et al. Increased iron content in post-mortum Parkinsonian brain. Lancet ii: 219-220, 1987.

27. Hirsch EC, Brandel JP, et al. Iron and aluminum increase in the substantia nigra of patients with Parkinson's disease: an X-ray microanalysis. J. Neurochem 56: 446-451, 1991.

28. Logroscino G, Marder K, Graziano J, et al. Altered systemic iron metabolism in Parkinson's disease. Neurology 49: 714-717, 1997.

29. Schapira AHV, et al. Mitochondrial complex I deficiency in Parkinson's disease J. Neurochem 54: 823-827, 1990.

30. Bergerson C. Oxidative stress: Its role in the pathogenesis of amyotrophic lateral sclerosis. Neurol Sci 129: 81-84, 1995.

31. Gerlach M, Ben-Shachar D, et al. Altered brain metabolism of iron as a cause of neurodegenerative diseases. J Neurochem 63: 793-807, 1994.

32. Dawson VL, Dawson TM, et al. Mechanisms of nitric oxide-mediated neurotoxicity in primary brain cultures. J Neurosci 13: 2651-2661, 1993.

33. Williams LR. Oxidative stress, age-related neurodegeneration, and the potential for neurotrophic treatment. Cerebrovasc Brain Metab Rev 7: 55-73, 1995.

34. Domenico E, Pellegrini-Giampietro, et al. Excitatory amino acid release and free radical formation may cooperate in the genesis of ischemia-induced neuronal damage. J Neurosci 10: 1035-1041, 1990.

35. Mundy WR, Freudenrich TM, Kodavanti PR. Aluminum potentiates glutamate-induced calcium accumulation and iron-induced oxygen free radical formation in primary neuronal cultures. Mol Chem Neuropathol 32: 41-57, 1997.

36. Aarala JT, Loikkanen JJ, et al. Lead amplifies glutamate-induced oxidative stress. Free Radical Biol Med 19: 689-693, 1995.

37. Lipton SA, Nicotera P. Calcium, free radicals and excitotoxins in neuronal apoptosis. Cell Calcium 23: 165-171, 1998.

38. Murphey TH, et al. Immature cortical neurons are uniquely sensitive to glutamate toxicity by inhibition of cystine uptake. FASEB 6: 1624-1633, 1990.

39. Fahn S. A pilot trial of high -dose alpha-tocopherol and ascorbate in early Parkinson's disease. Ann Neurol 32: S128-S132, 1992.

40. Niki E. Interactions of ascorbate and alpha-tocopherol. Third Conference of Vitamin C, Burns ET (Ed), NY Acad Sci 498: 186-199, 1987.

41. Beal MF, Hyman BT, Koroschetz W. Do defects in mitochondrial energy metabolism underlie the pathology of neurodegenerative diseases? Trends in Neurosci 16: 125- 131, 1993.

42. Pall HS, Blake DR, et al. Raised cerebrospinal-fluid copper concentration in Parkinson's disease. Lancet , Aug 1: 238- 241,1987.

43. Sorg O, Horn TF, et al. Inhibition of astrocyte glutamate uptake by reactive oxygen species: role of antioxidant enzymes. Mol Med 7: 431-440, 1997.

44. Toth E and Lajtha A. Elevation of cerebral levels of nonessential amino acids in vivo by administration of large doses. Neurochem Res 6:1309-1317, 1981.

45. Dowling P, Husar W, et al. Cell death and birth in multiple sclerosis brain. J Neurol Sci 149: 1-11, 1997.

46. Bennow K, et al. Blood-brain barrier disturbance in patients with Alzheimer's disease is related to vascular factors. Acta Neuro Scand 81:323-326, 1990.

47. Zuccarello M, Anderson DK. Interactions between free radicals and excitatory amino acids in the blood brain barrier disruption after iron injury in the rat. J Neurotrauma 10: 397- 481, 1993.

48. Koenig H, et al. Capillary NMDA receptors regulate blood-brain barrier function and breakdown. 588: 297-303, 1992.

49. Novelli A, Reilly JA, et al. Glutamate becomes neurotoxic via the N-methyl-D aspartate receptor when intracellular energy levels are reduced. Brain Res 451: 205-207, 1988.

50. Greenemyer JT. Neuronal bioenergetics defects, excitotoxicity and Alzheimer's disease: Use it or lose it. Neurobiol Aging 12: 334-336, 1991.

51. Parker WD, Boyson SJ, Parks JK. Abnormalities of the electron transport chain in idiopathic Parkinson's disease. Ann Neurol 26: 719- 723, 1989.

52. Schapira AHV, Mann VM, et al. Mitochondrial function in Parkinson's disease. Ann Neurol 32: S116-S124, 1992.

53. Beal MF, et al. Coenzyme Q10 and niacinamide are protective against mitochondrial toxins in vivo. Neuro 44 (Supp2) April 1994, A177.

54. Calvani M, Koverech A, Carurso G. Treatment of mitochondrial diseases. In, DiMauro S, Wallace DC, eds. Mitochondrial DNA in Human Pathology. Raven Press, New York,1993, 173-198.

55. Bucht G, et al. Changes in blood glucose and insulin secretion in patients with senile dementia of Alzheimer's type. Acta Medica Scand 213: 387-392, 1983.

56 Bucht,G, et al. Acta Medica Scand 213: 387-392, 1983.

57. Fujiasawa Y, Saki K, Akiyama K. Increased insulin levels after OGTT load in peripheral blood and cerebrospinal fluid of patients with dementia of the Alzheimer's type. Bio Psych 30: 1219-1228, 1991.

58. Gotoh F, Kitamura A, et al. Abnormal insulin secretion in amyotrophic lateral sclerosis. J Neurol Sci 16: 201-207, 1972.

59. Pettgrew JW, et al. The role of membranes and energetics in Alzheimer's disease. In, Terry RD, et al ( Eds) Alzheimer's Disease, Raven Press, New York, 1994.

60. Leibson CL, Rocca WA, et al. Risk of dementia among persons with diabetes mellitus: a population-based cohart study. Am J Epidemiol. 145: 301-308, 1997.

61. Kalaria RN, Harik SI. Reduced glucose transporter at the blood-brain barrier and in the cerebral cortex in Alzheimer's disease. J Neurochem 53: 1083-1088, 1989

62. Kaleria RN, et al.The glucose transporter of the human brain and blood brain barrier. Ann Neurol 24: 757-764, 1988.

63. Tannaka M, Kovalenko SA, et al. Accumulation of deletions and point mutations in mitochondrial genome in degenerative diseases. Ann NY Acad Sci 15: 102-111, 1996.

64. Spencer JP, Jenner A, et al. Intense oxidative DNA damage promoted by L-dopa and its metabolites. Implications for neurodegenerative disease. FEBS Lett 353: 246-250, 1994.

65.Ames BN, Shigenaga MK, Hagen TM. Oxidants, antioxidants, and the degenerative diseases of aging. Proc Natl Acad Sci 90: 7915-7922, 1993.

66. Raos KS. DNA-damage & DNA-repair in aging brain. Indian J Med Res 106: 423-437, 1997.

67. Boerrigter ME, Wei JY, Vijg J. DNA repair and Alzheimer's disease. J Gerontol 47: B177-B184, 1992.

68.Lyras L, Cairns NJ, et al. An assessment of oxidative damage to proteins, lipids and DNA in the brain from patients with Alzheimer's disease. J Neurochem 68: 2061-2069, 1997.

69. Mattson MP. Antigenic changes to those seen in neurofibrillary tangles are elicited by glutamate and Ca+2 influx in cultured hippocampal neurons. Neuron 2: 105-117, 1990.

70. Markey SP. MPTP: a new tool for understanding Parkinson's disease. Disc Neurosci 4: 1986.

71. Olney JW, Wozniak DF, Farber NB. Excitotoxic neurodegeneration in Alzheimer's disease. New hypothesis and new therapeutic strategies. Arch Neurol 54: 1234-1240, 1997.

72. Gruenewald RA. Ascorbic acid distribution patterns in human brain. A comparison with nonhuman mammalian species. Ann NY Acad Sci 498: 1-12, 1987.

73. Grunewald RA. Ascorbic acid in the brain. Brain Res Rev 18: 123-133, 1993.

74. Boutelle MG, Svensson L, Fillenz M. Effect of diazepam on behavior and associated changes in ascorbate concentration in rat brain areas: striatum, N. Accumbens and hippocampus. Psychopharmacology 100: 230-236, 1990.

75. Tolbert LC, Thomas NT, et al. Ascorbate blocks amphetamine-induced turning behavior in rats with unilateral nigrostriatal lesions. Brain Res Bull. 4: 43-48, 1979.

76. Den Hartog Jager WA. Experminental amyotrophic lateral sclerosis in Guinea-pig. J Neurol Sci 67: 133-142, 1985.

77. Svenson L, Wu C, et al. Effect of aging on extracellular ascorbate concentration in rat brain. Brain Res 309: 36-40, 1993.

78. Suzuki K, Martin PM. Neurotoxicants and developing brain. In, Harry GJ, Ed, Developmental Neurotoxicology. CRC Press, Boca Raton, 1994, 9-32.

79. Hirsch SR, Garey LJ, Belleroche J. A pivotal role for glutamate in the pathogenesis of schizophrenia, and its cognitive dysfunction. Pharmacol Biochem Behavior 56: 797-802, 1997.

80. Gong SL, Xia FQ, et al. Harmful effects of MSG on function of hypothalamus-pituitary -target gland system. Biomed Environ 8: 310-317, 1995.

81. Trocho C, Rardo R, et al. Formaldehyde derived from dietary aspartame binds to tissue components in vivo. Life Sci 63: 337-349, 1998.

82. Kenessey A, Yen S-H, et al. Detection of D-aspartate in tau proteins associated with Alzheimer paired helical filaments. Brain Res 675: 183-189,1995.

83.Fisher GH, D'Aniello AD, et al. Quantification of D-asparate in normal and Alzheimer brains. Neurosci Lett 143: 215-218, 1992) 84. Suzuki K, Martin PM, Neurotoxicants and The Developing Brain, In, Harry GT, ed, Developmental Neurotoxicology, CRC Press, Baco Raton, 1994, 9-32.

85.Olney JW. Excitotoxic food additives: functional teratological aspects. Progress Brain Res 73: 283-294, 1988 86.Brody JR, et al. Effect of micro-injections of L-glutamate into the hypothalamus on attack and flight behavior in cats. Nature 224: 1330, 1969

87. Wong PT, Neo LH, et al. Deficits in water escape performance and alterations in hippocampal cholinergic mechanisms associated with neonatal monosodium glutamate treatment in mice. Pharmacol Biochem Behav 57: 383-388, 1997.

88.Klingberg H, Brankack J, Klingberg F. Long-term effects on behavior after post-natal treatment with monosodium L-glutamate. Biomed Biochem ACTA 46: 705-711, 1987.

89. Freider B, Grimm VE. Prenatal monosodium glutamate ( MSG) treatment given through the mother's diet causes behavioral deficits in rat offspring. Intern J Neurisci 23: 117-126, 1984.

90.Frieder B, Grimm VE. Prenatal monosodium glutamate causes long- lasting cholinergic and adrenergic changes in various brain regions. J Neurochem 48: 1359-1365, 1987.

91. Kubo T, Kohira R, et al. Neonatal glutamate can destroy the hippocampal CA1 structure and impair discrimination learning in rats. Brain Res 616: 311-314, 1993.

92. Bakke JL, Lawrence J, et al. Late endocrine effects of administering monosodium glutamate to neonatal rats. Neuroendocrinology 26: 220-228, 1978.

93. Maiter D, Underwood LE, et al. Neonatal treatment with monosodium glutamate: effects of prolonged growth hormone(GH)-releasing hormone deficiency on pulsatile GH secretion and growth in female rats. Endocrinology 128: 1100-1106, 1991.

94. Lipton SA, Rosenberg PA. Excitatory amino acids as a final common pathway for neurologic disorders. New Eng J Med 330: 613-622, 1994.

95. Rodriguez MC, Obeso JA, Olanow CW. Subthalamic nucleus-mediated excitotoxicity in Parkinson's disease: a target for neuroprotection. Ann Neurol 44: ( Supp 1) S175-S188, 1998.

**************************************************************************

Artikel welwillend ter beschikking gesteld door Dr. Russell Blaylock
en The Medical Sentinel Journal
Met het recht voor het maken van zoveel kopieën
als nodig om de waarheid aan het licht te brengen
(Vermelden van naam vereist!)

Eigen links:

Partners
lees bewust verzameling onafhankelijke nieuwswebsites
Lees Bewust

Deze site is mede
mogelijk gemaakt door

Probleemloos e-mailen overal ter wereld
travelsmtp.com

Heeft deze site iets
voor u betekend?
Doneer dan een klein bedrag

Doneer!