Is de kunstmatige zoetstof aspartaam veilig?
Onafhankelijkheid van het onderzoek?
5 januari 2014
Lay-Out en bewerking: Ed Gunneweg
In de databank van PubMed (http://www.ncbi.nlm.nih.gov/pubmed) met meer dan
20 miljoen wetenschappelijke artikelen kunnen we zoeken naar:
“Aspartame/adverse effects”
We vinden dan in de eerste 13 artikelen die
gaan over bijwerkingen, wetenschappelijk onderzoek dat gereviewd en
gepubliceerd is na het jaar 2000. Alle eerst getoonde 13 onderzoeken geven
meer dan één soort bijwerking aan.
Om een idee te vormen hoe de EFSA (onze voedsel waakhond) werkt, dan blijkt dat er pas een directeur van de grootste lobbygroep van de EU-levensmiddelen-industrie, Food Drink Europe, voorkomt op het lijstje van kandidaten voor het bestuur van de (EFSA). Ook vier andere genomineerden komen uit de voedsellobby. Het is niet voor het eerst dat de Europese Commissie lobbyisten nomineert voor het bestuur van de waakhond voor onze voedselveiligheid.
Dat er lobbyisten van de voedingsindustrie worden genomineerd vormt toch wel het bewijs dat er met het onderzoek naar de veiligheid van aspartaam door de EFSA enorm de hand wordt gelicht. Voor iedereen die zich zorgen maakt over de bescherming van de consument is dit een permanente bedreiging voor de onafhankelijkheid van de EFSA. Hieruit blijkt duidelijk dat onze voedselveiligheid in gevaar is. Dit is de mening van Martin Duif, onderzoeker bij Corporate Europe Observatory (CEO).
De EFSA heeft zelfs in 2011 verklaard dat de voorschriften voor onafhankelijkheid bepalen dat mensen die in dienst zijn van de industrie niet mogen worden toegelaten tot de werkgroepen en als leden van het wetenschappelijk comité.
Maar nergens wordt vermeld dat de voedingsindustrie bij het bestuur moeten worden betrokken, integendeel zelfs: opgetekende onafhankelijkheids- voorschriften vam de EFSA in 2011 bepalen dat "personen die in dienst zijn van de industrie, niet mogen worden toegelaten als leden van het wetenschappelijk comité, de wetenschappelijke panels en werkgroepen van de EFSA".
Bij de goedkeuring van aspartaam werden 27 gevallen beoordeeld, bij studies die aangeven dat aspartaam risico's kunnen opleveren is het panel onverminderd kritisch, ze veronderstellen onvoorwaardelijk dat ze misleidend moeten zijn, zodat ze afgewezen worden.
Vaak worden die verontrustende studies niet afgewezen vanwege bewijs maar op ondeugdelijke gronden, bijvoorbeeld met een beroep op speculatieve hypothesen zonder bewijs. Het panel bereikte zijn conclusie dat aspartaam veilig is niet door het toepassen van uniforme kritische normen op al het bewijs van alle studies, maar door stelselmatig vergevensgezind te zijn voor de tekortkomingen van gunstige studies maar onverminderd kritisch voor alle studies die eventuele risico's suggereerden. De algemene conclusies van het panel wordt meer ingegeven door bevooroordeelde aannames dan door het aangedragen bewijs.
BELANGENVERSTRENGELING
Een mogelijke verklaring voor de ongelijke vooringenomenheid bij de interpretatie van de studies kunnen worden gevonden in het patroon van belangenverstrengeling dat kenmerkend is voor de leden van het panel.
Van de 17 leden van het EFSA-panel, hebben 7 directe commerciële belangenconflicten en nog eens 5 anderen hebben institutionele belangenconflicten - bijvoorbeeld omdat hun werkgevers al hebben aangekondigd dat aspartaam veilig is. Slechts 4 panelleden zijn niet gekenmerkt door een aantal relevante belangenconflicten.